Wild Dagga

De bloemen van Wild Dagga zijn rood-oranje van kleur, groeien in aren en zijn een favoriet van veel tuiniers vanwege hun schoonheid. De aren worden gegroepeerde bloeiwijzen van onderbroken bloemen met vijf tweelippige bloemblaadjes, die allemaal aan elkaar zitten. De bladeren van Wild Dagga zijn tegenoverstaand, enkelvoudig, en gesteeld (bladsteel), smal langwerpig en lijnvormig, en lopen taps toe aan de basis. De bladeren zijn licht geurend, dicht behaard en worden ongeveer 100 millimeter lang en 20 millimeter breed. De struik zelf kan tot 5 meter hoog worden.

Wetenschappelijke naam

Leonotus Leonurus.

Familie

Lamiaceae.

Oorsprong

Zuid-Afrika.

Actieve stof(fen)

Leonurine.

Werking

Van Wild Dagga wordt beweerd dat het hallucinogene effecten heeft wanneer de toppen of bladeren ervan worden gedroogd en gerookt, en van sommige culturen is bekend dat ze het samen met cannabis roken of als een marihuana-vervanger.

Gebruik

De hars van de bloemen en bladeren kan worden afgewreven en alleen of met andere kruidenmengsels worden gerookt. Evenzo kunnen de bloemen en bladeren zelf worden gedroogd en gerookt, of als thee worden getrokken.

Dosering

1 gram gedroogde bloemblaadjes.