Verpotten

Is jouw cannabiszaadje met succes ontkiemd? Hoera! Dan kan het overgeplaatst worden naar een klein kweekpotje, als het ontkiemen buiten de aarde is gebeurd. Kies voor een licht bemeste aarde in het begin en gebruik geen voeding. Voeg alleen producten toe die aanzetten tot wortelgroei. Vanwege de ligging van onze fysieke winkels in de stadscentra van Maastricht en Roermond én het negatieve stigma op het kweken van cannabis, verkopen wij geen potgrond. Goede biologische kweekaarde is bij elk tuincentrum te verkrijgen. Eén tot twee zakken van 40 liter aarde is genoeg voor een kleinschalige kweek.

Begin met een klein potje

Het voordeel om het ontkiemde zaadje te laten doorgroeien in een klein potje is dat je dan in de eerst dagen van het leven van de plant de vochthuishouding beter kan reguleren. Is de aarde te droog en er verdampt meer uit de zaailing dan dat het kan opnemen, dan zal de zaailing gaan uitdrogen. Bij een te grote pot zakt het water naar de onderzijde terwijl de bovenzijde, waar de plant zich dus eigenlijk begeeft, alweer aan het uitdrogen is.

Water geven

Bij het geven van water wordt de bovenkant wel weer vochtig, maar de aarde in de onderkant van de grote pot zal steeds natter worden. Als in een later stadium de wortels de bodem van de pot bereiken, zal hier de wortel stimulatie sterk verminderen in de natte aarde. Aan de worteldraden van de plant groeien hele dunne en fijne sporendraden. Deze sporendraden zoeken als het ware de vochtige en voedzame plekken in de grond uit, de wortels zullen dan naar deze richtingen groeien. Als de aarde te nat is, is er voor de wortels geen reden om op zoek te gaan naar water en de wortels zullen dan minder groeien. Als de bodem van de pot een langere tijd te nat en te vochtig is bestaat ook de kans op wortelrot, dit zou het einde van de plant betekenen. In een klein kweekpotje is het allemaal wat beter te overzien en zeker in de eerste dagen kan dit cruciaal zijn. Kijk daarom elke dag naar de zaailing en houd alles goed in de gaten, maar laat hem met rust en ga er zo min mogelijk met je handen aan.

Water geven kan het beste met een plantenspuit door de aarde te benevelen, zorg hierbij dat de kracht van het water niet te groot is zodat de prille zaailing niet beschadigd.

Het prille begin

Soms kan het zijn dat het zaadschilletje niet vanzelf loskomt en blijft vastzitten op een lobblaadje. Dit is niet erg! Na een paar dagen zal het schilletje broos worden en er vanzelf af vallen, of het is dan gemakkelijk te verwijderen met een pincet.

De lobblaadjes zijn de eerste blaadjes die de plant maakt, deze hebben een ronde vorm. De bekende puntige kartelvorm is pas bij het tweede set blaadjes zichtbaar.

Vanaf de maand mei kan de zaailing achter een zonnig raam staan. Het aantal lichturen is dan voldoende om de zaailing te laten groeien. Een nadeel is dat de hoeveelheid licht soms net niet genoeg is waardoor de zaailing gaat strekken. Dit betekent dat het blad opzoek gaat naar licht, de zaailing vervolgens naar het licht toe gaat groeien, en het stammetje heel lang wordt maar niet dikker. De jonge zaailing wordt hiervan fragiel en onstabiel met kans dat ze ombuigen of zelfs breken. Het beste is de zaailing onder een lamp met een lager vermogen te zetten of onder een TL licht.

Na ongeveer een week tot tien dagen is de kleine kweekpot volgegroeid. Je kunt dit zien als de wortels uit de onderzijde van het potje beginnen te groeien. Nu is het tijd de zaailing te verplaatsen naar een grotere pot (20 liter). Ideaal hierbij is dat de aarde in de kleine kweekpot droger is dan de aarde in de grote pot. Dit geeft de wortels een stimulatie om de grote pot in te groeien, op zoek naar water. Dus geef weinig tot geen water vanaf twee tot drie dagen voor het verpotten. Voel aan het gewicht van het potje of de aarde niet te veel uitdroogt.

Verpot methode

1. Vul de pot met een goede biologische aarde mix, druk de aarde niet te hard aan. Eerst vul je de pot ongeveer tot de helft.
2. Plaats de kleine kweekpot op de aarde in de grote pot.
3. Verwijder wat aarde uit de grote pot of voeg er nog aarde aan toe, zodat de bovenkant van de aarde van de kleine kweekpot ongeveer drie tot vier centimeter onder de rand van de grote pot zit.
4. Hou nu met een hand het kleine kweekpotje vast en vul met de andere hand de ruimte tussen de beide potten. Ook hier geld, de aarde niet te hard aandrukken.
5. Uiteindelijk zal de grote pot tot drie á vier centimeter onder de rand gevuld zijn met daarin de ingegraven kleine kweekpot. De aarde in de kleine kweekpot ligt gelijk met de aarde in de grote.
6. Kijk nu goed naar de positie van de zaailing te opzichte van de grote pot, dit word later de eind positie van de zaailing.
7. Maak nu water aan met wortelstimulator. Giet voorzichtig het water langs de buitenkant van het kleine kweekpotje, niet te veel maar wel genoeg zodat de aarde direct rond het kweekpotje goed nat is. Je kunt het kleine kweekpotje ook een beetje optillen, hierdoor kan het water met de wortelstimulator makkelijker tussen de aarde en het kweekpotje komen.
8. Als de aarde rond de kleine kweekpot voldoende vochtig is kan je de kweekpot uit de aarde nemen. Je hebt nu de afdruk van het kweekpotje in de aarde.
9. Nu ga je de zaailing uit de kleine kweekpot halen. Plaats je hand over de kleine kweekpot, met het steeltje van de zaailing tussen de ring- en middelvinger. Zorg dat het steeltje niet klem zit tussen je vingers. Pak de kweekpot met de andere hand op en draai het potje om, nu heb je het potje omgedraaid op je hand staan.
10. Knijp een beetje in de zijkanten en in de bodem van de kweekpot zodat de aarde loskomt en de inhoud op je hand ligt.
11. Verwijder het potje voorzichtig zodat de wortels niet beschadigen. De verdere kweek ligt nu letterlijk in jou handen.
12. Ook een moment om de wortel(groei) eens goed te bekijken, niet te lang want het hoopje aarde is fragiel.
13. Plaats je hand op de bovenkant (de onderkant van de aarde) en zet de zaailing weer rechtop. Nu kan je met de bovenste hand de aarde aan de zijkant vastpakken en de zaailing voorzichtig in het voorgevormde gat in de grote pot steken.
14. Giet vervolgens nog een klein beetje water met wortelstimulator over de naden. Je kunt er nog voor kiezen om een laagje aarde van ongeveer een centimeter bovenop te doen, maar dit is niet noodzakelijk.

Ziezo, de zaailing is verpot!